1935

Evenemententerrein Flevoland

Provincie Flevoland heeft in het Omgevingsplan Flevoland 2006 aangegeven ruimte te willen bieden aan de ontwikkeling van een grootschalig evenemententerrein. Hiervoor zal een uitwerkingsplan worden opgesteld, waarin meerdere locaties worden afgewogen. Dit uitwerkingsplan is plan-m.e.r.-plichtig, omdat het initiatief plaatsvindt rond de Natura 2000-gebieden Oostvaardersplassen en het Veluwemeer en omdat het een evenemententerrein van meer dan 50 ha. betreft. Het MER wordt opgesteld ten behoeve van de besluitvorming over het uitwerkingsplan.

Hoofdpunten uit het advies

De voorgestelde alternatieve locaties voor het voorgenomen evenemententerrein worden wellicht in mogelijkheden beperkt door nabijgelegen woningen of natuur (o.a. Natura 2000). Daarom adviseert de Commissie om –indien dit nodig blijkt- de plan-m.e.r. breder te benutten, en ook nieuwe locaties te onderzoeken. Een heldere afweging van de alternatieven is mede daarom essentieel.

Bij toetsing van het MER constateerde de Commissie enkele essentiële tekortkomingen. Zij raadde het bevoegd gezag aan deze aan te laten vullen en door de Comissie te laten toetsen.

Uit het MER en de aanvulling blijkt met name dat:

  • voor locatie Biddinghuizen onder strenge voorwaarden significante negatieve gevolgen voor het Natura 2000-gebied kunnen worden uitgesloten. Deze constatering is van belang omdat Biddinghuizen de voorkeurslocatie van de provincie voor dit voornemen betreft; 
  • locatie Almere grote gevolgen kan hebben voor de werking van de robuuste verbindingszone Oostvaarderswold;
  • de geluidbelasting op natuur op basis van de beschikbare verstoringsmaat in beeld is gebracht. Met behulp van mitigerende maatregelen zijn significant negatieve gevolgen op het Natura 2000-gebied uit te sluiten. Wat betreft de geluidsbelasting op omwonenden blijkt uit het MER dat voldaan kan worden aan de grenswaarden, mits voldaan wordt aan scherpe rand-voorwaarden.
  • De Commissie merkt op dat de vraag onbeantwoord blijft of de andere locaties wel slagingskans hebben in verband met voldoende klandizie, als Biddinghuizen blijft bestaan. De vraag of dit reële alternatieven zijn, is daarmee niet beantwoord.

    De Commissie constateert daarnaast dat de vergelijking van alter-natieven hier niet op een onbevangen wijze plaats kan vinden. Aangezien het evenemententerrein te Biddinghuizen zal blijven bestaan, zal de keuze voor ieder ander alternatief dan Biddinghuizen leiden tot het toevoegen van nieuwe milieueffecten bovenop de reeds bestaande effecten van Biddinghuizen. Hierdoor ontstaat een scheve vergelijking, waardoor dit MER naar mening van de Commissie een beperkte bijdrage levert aan een zorgvuldige besluitvorming.

    Samenstelling van de laatste werkgroep

    dr. ir. Jan Hoeks

    ir. Hans Huizer

    ir. Hans van Kempen

    drs. Yvonne van Manen

    voorzitter

    drs. Marieke van Rhijn

    werkgroepsecretaris

    drs. Coen Balduk

    Projectinformatie

    Bevoegd gezag

    Provincie Flevoland

    Initiatiefnemer

    Provincie Flevoland

    Start advisering

    26 september 2007