832. Heroverweging autowrakkenbeleid provincie Flevoland

Naar aanleiding van landelijke ontwikkelingen heeft de provincie Flevoland de behoefte om het beleid voor het onderdeel 'Verwijdering van autowrakken' zoals vastgelegd in het Milieubeleidsplan 1994 – 1998 te heroverwegen. Deze heroverweging kan leiden tot een herziening van het genoemde Milieubeleidsplan. Het huidige beleid gaat uit van provinciale sturing op capaciteit en van vermindering van het aantal vergunninghouders; door nieuwe regelgeving en daaruit voortvloeiende ontwikkelingen is heroverweging van dit beleid noodzakelijk geworden.

Procedure en adviezen

Richtlijnen
30-10-1996 Datum kennisgeving
30-10-1996 Ter inzage legging van de informatie
23-12-1996 Advies uitgebracht
Advies voor richtlijnen
Toetsing
05-01-1999 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer
13-01-1999 Kennisgeving MER
13-01-1999 Ter inzage legging MER
16-04-1999 Toetsingsadvies uitgebracht
Toetsingsadvies

Opmerkingen bij de advisering

De Commissie adviseerde in haar richtlijnenadvies om alternatieven via twee stappen te ontwikkelen. Eerste stap: vertaling van de landelijke doelstelling voor product- en materiaalhergebruik naar de situatie in Flevoland; Tweede stap: invulling van de taakstellingsalternatieven met een pakket van in te zetten instrumenten. In de richtlijnen heeft BG deze benadering overgenomen en daar bij twee variabelen aangegeven op basis waarvan doelstellingsalternatieven ontwikkeld dienen te worden. Het advies van de Commissie om bij de ontwikkeling van het mma uit te gaan van verdergaande doel- en taakstellingen dan landelijk overeengekomen is niet overgenomen in de vastgestelde richtlijnen.

In haar toetsingsadvies constateert de Commissie dat in het MER essentiële informatie ontbreekt voor de besluitvorming, namelijk

? de beschrijving van milieueffecten is onvolledig omdat voorbij wordt gegaan aan het energieverbruik tijdens transport;

? bij de vergelijking van alternatieven wordt onvoldoende inzicht gegeven in de weging van de verschillende milieuaspecten producthergebruik, materiaalhergebruik, energie en transport.

Hierdoor wordt een onjuist beeld gegeven van de verschillen in milieueffecten van de alternatieven en wordt de keuze van het alternatief C2 als meest milieuvriendelijke alternatief on voldoende onderbouwd. De provincie heeft aangegeven dat zij bij de toelichting op het besluit in zal gaan op de kritiekpunten van de Commissie.

Betrokken partijen

Samenstelling van de laatste werkgroep

Voorzitter: drs. Leni van Rijn-Vellekoop
Werkgroepsecretaris: ir. Veronica ten Holder

Initiatiefnemer en Bevoegd gezag

Initiatiefnemer
Provincie Flevoland

Bevoegd gezag
Provincie Flevoland

Overige gegevens

Gebied: Nederland, provincie Flevoland


Categorieën Besluit m.e.r.

Code Omschrijving
C18.1 tot 1-4-2011: Beleid over afvalverwijderingsmethode, stort of locaties

Bijgewerkt op: 01 mei 2012