398. Mestcompostering Fleuren te Middelharnis
De voorgenomen activiteit betreft het oprichten van een inrichting voor de bereiding van compost voor de champignonteelt op het industrieterrein Oostplaat te Middelharnis. De capaciteit bedraagt 200.000 ton compost per jaar.
Procedure en adviezen
Richtlijnen |
---|
30-01-1992 Datum kennisgeving |
30-01-1992 Ter inzage legging van de informatie |
27-03-1992 Advies uitgebracht |
Advies voor richtlijnen |
Toetsing |
05-07-1993 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
08-07-1993 Kennisgeving MER |
08-07-1993 Ter inzage legging MER |
13-09-1993 Toetsingsadvies uitgebracht |
Toetsingsadvies |
Opmerkingen bij de advisering
Kennisgeving evaluatierapport: 9 september 2000
In het evaluatierapport is gekeken in hoeverre de voorgenomen activiteit conform het MER is uitgevoerd en of de emissie inzake water, bodem, lucht en geluid correct zijn voorspeld.
Uit het onderzoek blijkt dat de productie van het bedrijf onder de vergunde hoeveelheid is gebleven. Dat komt deels omdat blijkt dat er meer grondstoffen nodig zijn voor een bepaalde hoeveelheid eindproduct dan was voorspeld en de hoeveelheid te verwerken grondstoffen eveneens in de vergunning is vastgelegd.
In de inrichting en procesvoering van de installatie zijn ondergeschikte aanpassingen uitgevoerd ter verbetering van de ‘milieuprestatie’.
De emissies op het gebied van bodem en water zijn conform de voorspellingen. Op het gebied van geluid en lucht worden de vergunningvoorschriften niet gehaald. Om die reden wordt het bedrijf gevraagd een gewijzigde vergunningaanvraag in te dienen. Het belangrijkste probleem is de te hoge emissie van geurstoffen. De toegestane immissiegrenswaarde ligt niet op de terreingrens, maar op 8 tot 12 kilometer afstand van het bedrijf, hetgeen het grote aantal klachten over geuroverlast verklaart. Het rendement van het biobed voor geur blijkt niet de vergunde 95% te zijn, maar 25%. Het bedrijf is gevraagd metingen te verrichten en zo de oorzaak van dit lage rendement op te sporen, zodat verbeteringen kunnen worden doorgevoerd. In de nieuwe vergunning zal het nieuwe geurbeleid worden verwerkt.
Betrokken partijen
Samenstelling van de laatste werkgroep
dr. ir. Hendrik Harssema |
dr. ir. Bram Klapwijk |
Cees van Maanen |
Voorzitter: ir. Karel Veldhuis
Werkgroepsecretaris: drs. Marja van Eck
Initiatiefnemer en Bevoegd gezag
Initiatiefnemer |
---|
Fleuren B.V. |
Bevoegd gezag |
---|
Provincie Zuid-Holland |
Zuiveringschap Hollandse Eilanden en Waarden |
Overige gegevens
Gebied: Nederland, provincie Zuid-Holland
Categorieën Besluit m.e.r.
Code | Omschrijving |
---|---|
D00.2 | mestverwerking, m.e.r.-plichtig destijds (1987-1999) |
D18.2 | tot 1-4-2011: Dierlijke, organische meststoffen, GFT, groenafval: verwerken of vernietigen >=100ton per dag |
Bijgewerkt op: 31 aug 2007