De gemeente Maastricht heeft een concrete en gebiedsgerichte omgevingsvisie voor 2040 opgesteld. Een ambitieus woningbouwprogramma om tussen de 8.000 en 12.000 nieuwe woningen te bouwen is daar een belangrijk onderdeel van. Voordat de gemeenteraad beslist over de visie zijn de effecten op de omgeving onderzocht in een omgevingseffectrapport (OER).
Hoofdpunten uit het advies
ToetsingsadviesHet rapport brengt goed in beeld hoe de omgeving zich zou ontwikkelen zonder en met de omgevingsvisie. Onder andere op de thema’s economische vitaliteit en wonen, gezond gedrag, landschap, natuur, water en grondwater zijn volgens het OER verbeteringen te verwachten door de omgevingsvisie.
De Commissie adviseert om in het OER ook te onderzoeken wat de ruimtelijke consequenties zijn van alle ambities en opgaven. Zo'n onderzoek geeft beter inzicht in eventuele conflicterende ruimteclaims. Dit is van belang, bijvoorbeeld voor de selectie van woningbouwlocaties. De Commissie is van mening dat het OER ook moet onderzoeken hoe een tegenvallende groei de omgevingskwaliteit kan beïnvloeden.
De Commissie adviseert de gemeente om het omgevingseffectrapport aan te vullen met deze onderzoeken, voorafgaand aan de besluitvorming over de omgevingsvisie.
Advies reikwijdte en detailniveau
De Commissie adviseert om het milieuonderzoek stapsgewijs vorm te geven. Beschrijf eerst de kwaliteit van de leefomgeving en de kansen en bedreigingen in de leefomgeving, nu en in de toekomst. Denk aan hoogwaterveiligheid langs de oevers van de Maas, of aan de verschillen in bereikbaarheid tussen wijken. Zo komt in beeld hoe de leefomgeving zich ontwikkelt onder het huidige beleid.
Combineer dat onderzoek met de ambities van Maastricht en het beleid vanuit rijk, regio en provincie, zegt de Commissie. Gebruik die informatie om verschillende beleidsrichtingen te maken en deze met elkaar te vergelijken. Zo komen de gevolgen van belangrijke keuzes in beeld voor de gemeente.