2316

Actualisatie bestemmingsplan en/of structuurvisie buitengebied Bronckhorst

De gemeente Bronckhorst wil haar bestemmingsplannen buitengebied herzien. De twee te actualiseren bestemmingsplannen zullen ingaan op de ontwikkelingsmogelijkheden van de landbouw, met name de intensieve veehouderij. Daarbij kan sprake zijn van m.e.r.-plichtige projecten alsmede dat er mogelijk een passende beoordeling moet plaatsvinden. Hiervoor wordt een plan-m.e.r. procedure doorlopen. De gemeente heeft de Commissie voor de m.e.r. gevraagd om een advies over reikwijdte en detailniveau voor dit planMER. Bevoegd gezag voor deze procedure is de gemeenteraad van Bronckhorst.

Hoofdpunten uit het advies

De Commissie beschouwt de volgende punten als essentiële informatie in het milieueffectrapport (MER).

  • een beschrijving van de referentiesituatie en de alternatieven die mogelijk zijn binnen de milieugebruiksruimte;
  • de emissie van verzurende en vermestende stoffen, geur en fijn stof van de door het bestemmingsplan maximaal mogelijk gemaakte activiteiten in het plangebied;
  • de maximaal mogelijke effecten op natuur, zoals de depositie van verzurende/ vermestende stoffen op de Natura 2000-gebieden "Stelkampsveld", "Landgoederen Brummen", "Uiterwaarden Ijssel" en "Korenburgerveen" en de (P)EHS;
  • de relatie met en de cumulatieve milieueffecten van het LOG "Halle Heide";
  • een beschrijving van de landschappelijke en cultuurhistorische kwaliteiten in het plangebied en de gevolgen van de alternatieven daarop.

Tevens vraagt de Commissie in haar advies om inzicht te geven in de milieugebruiksruimte, de ontwikkelbehoefte en de confrontatie tussen gebruiksruimte en ontwikkelbehoefte in beeld te brengen.

Toetsing

De commissie is van van mening dat in het MER en de aanvulling daarop de essentiele informatie aanwezig is om het milieubelang een volwaardige plaats te geven in de besluitvorming.

In het MER en de aanvulling daarop is met behulp van scenario's inzicht gegeven in de mogelijke ontwikkelingen in de veehouderij in de gemeente Bronckhorst. De te verwachten milieueffecten van de verschillende scenario's zijn duidelijk beschreven. Hieruit blijkt dat met name geur en ammoniak belangrijke aandachtspunten zijn voor ontwikkelingen in de veehouderij.

Klik hier voor jurisprudentie over dit project.

Samenstelling van de laatste werkgroep

drs. Wim van Hooff

mr. ing. René van Lieshout

ir. Marjan Vervoort

voorzitter

drs. Hans Ouwerkerk

werkgroepsecretaris

ing. Gerard Elbertsen

Projectinformatie

Bevoegd gezag

Gemeente Bronckhorst

Initiatiefnemer

Gemeente Bronckhorst

Start advisering

4 mei 2010