2016. Bergermeer Gas Storage

Taqa Energy BV wil een nagenoeg leeggeproduceerd ondergronds gasveld nabij Alkmaar geschikt maken voor tijdelijke gasopslag.

Procedure en adviezen

Richtlijnen
12-11-2007 Adviesaanvraag
22-11-2007 Datum kennisgeving
22-11-2007 Ter inzage legging van de informatie
24-01-2008 Advies uitgebracht
Advies voor richtlijnen
Toetsing
07-01-2009 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie m.e.r.
14-01-2009 Kennisgeving MER
14-01-2009 Ter inzage legging MER
11-05-2009 Toetsingsadvies uitgebracht
Persbericht bij het toetsingsadvies
Toetsingsadvies
Aanvullende toetsing
20-05-2009 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie m.e.r.
09-06-2009 Toetsingsadvies uitgebracht
Aanvullend toetsingsadvies

Opmerkingen bij de advisering

Richtlijnenfase

In haar richtlijnenadvies voor het milieueffectrapport vraagt de Commissie aandacht voor de volgende onderwerpen:

  • een beschrijving van alternatieve combinaties van de puttenlocatie/behandeling en compressorfaciliteiten en het leidingencomplex, waaronder technisch en milieukundig geoptimaliseerde alternatieven, alsmede de effecten daarvan op natuur en landschap, zowel voor de korte als de lange termijn;
  • een onderzoek naar alternatieven voor de gasbehandelings- en compressieinstallaties; 
  • de kans, frequentie, omvang en intensiteit van het optreden van (eventuele) aardschokken en bodembewegingen en de mogelijke gevolgen daarvan voor de (bebouwde) omgeving en de integriteit van het gasveld;
  • het plaatsgebonden- en groepsrisico van de installaties, de leidingen en het transport.

Toetsingsfase

De Commissie is van mening dat in het MER de veiligheidsaspecten (waaronder risico's op aardschokken) uitstekend in beeld zijn gebracht.  Over ettelijke andere aspecten had de Commissie echter nog vragen. Hierover is overleg geweest met TAQA en de verschillende bevoegd gezagen. Op 26 maart heeft TAQA een aanvulling op het MER aangeleverd. Hierin wordt onder meer ingegaan op de volgende punten:

  • de verschillende locatiealternatieven worden ook met elkaar vergeleken in de (referentie)situatie waarin de huidige puttenlocatie in oorspronkelijke staat is opgeleverd;
  • er wordt een alternatief bekeken waarbij alleen de putten, en niet de behandelingsinstallatie op het MOB-terrein komen;
  • de huidige situatie m.b.t. geluid wordt beter beschreven;
  • er wordt duidelijk gemaakt welke  geluidshinder het initiatief met zich meebrengt, inclusief  geluidsreducerende maatregelen;
  • er wordt ingegaan op de vraag in hoeverre de dotterbloemhooilanden afhankelijk zijn van kwel, en wat dit betekent voor herstel na verstoring.

Op basis van het MER en de aanvulling samen is over de meeste milieueffecten voldoende informatie voorhanden. Sommige effecten zijn nog onzeker, want afhankelijk van de uitvoering van het project. Zo is de exacte geluidshinder afhankelijk van het type boortoren dat wordt ingezet. De Commissie pleit ervoor in de vergunning aan te geven welke geluidswaarden worden toegelaten.

Er ontbreekt echter nog informatie over de effecten op natuur. In de aanvulling staat nieuwe informatie over de uitvoering van het project. Rond de putkelders worden damwanden aangebracht. Deze damwanden kunnen grondwaterstromen onderbreken en daarmee mogelijk een effect hebben op kwelafhankelijke natuur in het beschermde natuurgebied ‘de Loterijlanden’. De aanvulling besteedt hier ten onrechte geen aandacht aan. Deze informatie is essentieel voor de keuze tussen de locaties. Omdat de voorkeurslocatie in de Loterijlanden waarschijnlijk de meeste ondiepe kwel kent, zullen de effecten op deze locatie namelijk mogelijk het sterkst zijn. De Commissie adviseert  voorafgaand aan een besluit nadere informatie te verschaffen over de noodzaak en de effecten van het plaatsen van de damwanden op de grondwaterstroming op de verschillende locaties.

Aanvullende toetsing

Door de initiatiefnemer is een aanvulling op het MER opgesteld, bestaande uit

  • een rapport over de stuweffecten van de damwanden op de geohydrologie en kwel
  •  een passende beoordeling van de effecten op Natura 2000. 

Op 20 mei 2009 heeft het ministerie van Economische Zaken de Commissie verzocht het totaal van alle, in het kader van de gehele m.e.r.-procedure bijeengebrachte informatie te beoordelen op geschiktheid als zowel besluit-MER als plan-MER voor de verdere besluitvorming. Op 9 juni heeft de Commissie een toetsingsadvies uitgebracht. De Commissie is van mening dat met het MER, de 1e en de 2e aanvulling, de essentiële informatie voor besluitvorming aanwezig is.

In de Staatscourant van 29-9-2010 wordt vermeld dat de ministers van EZ en VROM een beroep doen op art 3.36 van de Wro om de gasopslag mogelijk te maken. Dit biedt de mogelijkheid om de vergunningverlening over te nemen van de gemeente Bergen.

Vanaf 30-09-2010 ligt het Rijksinpassingsplan ter inzage.

Klik hier voor jurisprudentie over dit project.

Betrokken partijen

Samenstelling van de laatste werkgroep

prof. dr. Ben Ale
ing. Wim Been
ir. Johan Driessen
dr. Robert Maarten van Heeringen
ing. Ruud Jansen
dr. Dirk Nieuwland
dr. Nico de Vries
prof. ir. van der Vuurst de Vries

Voorzitter: ir. Aad van der Velden
Werkgroepsecretaris: drs. Geertje Korf

Initiatiefnemer en Bevoegd gezag

Initiatiefnemer
Taqa Energy B.V.

Bevoegd gezag
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

Overige gegevens

Gebied: Nederland, provincie Noord-Holland


Categorieën Besluit m.e.r.

Code Omschrijving
D08.2 tot 1-4-2011: Buisleiding voor aardgas >= 5km in gevoelig gebied: aanleg, wijziging of uitbreiding
D15.2 tot 1-4-2011: Infiltratie of onttrekking van water >= 1,5 miljoen m3 per jaar
D17.2 tot 1-4-2011: Diepboringen behalve voor stabiliteits-, of archeologisch onderzoek, of opsporing

Bijgewerkt op: 10 jul 2018