3806. Partiƫle Herziening Programma Noordzee
Het Rijk wil met een wijziging van het Programma Noordzee 2022-2027 nieuwe windenergiegebieden aanwijzen, de locatie van nieuwe scheepvaartroutes bepalen en gebieden voor zandwinning reserveren. Voor extra windenergiegebieden zijn de Lagelander, Doordewind (west) en Zoekgebied 6/7 onderzocht. Voor de zandwinning is een uitbreiding van 12 tot 14 zeemijl (zo’n 3,7 kilometer meer) vanuit de kust onderzocht. Voordat de minister besluit over de herziening zijn de milieugevolgen onderzocht in een milieueffectrapport.
Procedure en adviezen
Reikwijdte en detailniveau |
---|
29-11-2023 Adviesaanvraag bij de Commissie mer |
27-03-2024 Advies reikwijdte en detailniveau uitgebracht |
Advies reikwijdte en detailniveau |
Persbericht |
Toetsing |
01-11-2024 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer |
22-07-2025 Voorlopig advies uitgebracht |
Voorlopig toetsingsadvies |
Persbericht |
Opmerkingen bij de advisering
Voorlopig toetsingsadviesHet rapport beschrijft de mogelijke ecologische gevolgen van de nieuwe windenergiegebieden goed. Duidelijk is dat ontoelaatbare negatieve gevolgen op zeevogels en bruinvissen niet zijn uitgesloten, en dat verder onderzoek in vervolgfase nodig is. Op twee punten ontbreekt nog belangrijke milieu-informatie. Zo zijn de risico’s voor scheepvaartveiligheid nog niet compleet in beeld. Dit is van belang vanwege nieuwe scheepvaartontwikkelingen en de toename van het aantal windturbines op de Noordzee. Ook zijn de gevolgen van zandwinning tot 14 zeemijl op het ecosysteem nog onvoldoende onderzocht. Gebruik daarvoor beschikbare en actuele gebieds- en monitoringsinformatie, stelt de Commissie. Het Rijk heeft aangegeven het advies over te nemen, de informatie aan te vullen, en het aangevulde milieurapport weer aan de Commissie voor te leggen.
Advies reikwijdte en detailniveau
De Commissie ondersteunt de voorgestelde aanpak voor het rapport. Hiermee ontstaat een goed beeld van de bandbreedte aan mogelijke milieueffecten. Let daarbij goed op de effecten op natuur en door cumulatie met andere activiteiten zoals visserij, zegt de Commissie in haar advies. Voor verschillende milieuaspecten spelen belangrijke onzekerheden of ontbreekt informatie door kennistekorten. De Commissie adviseert om daarom aan te geven wat dit betekent voor de besluitvorming over de windenergiegebieden, scheepvaartroutes en de zandwinning.
Betrokken partijen
Samenstelling van de laatste werkgroep
ir. Peter van der Boom, MA |
prof. dr. Piet Hoekstra |
dr. Godfried van Moorsel |
capt. Harry Tabak, MSc. BSc. BASc |
ing. Rob Vogel |
Voorzitter: ir. Kees Slingerland
Werkgroepsecretaris: Tom Ludwig, MA
Initiatiefnemer en Bevoegd gezag
Initiatiefnemer |
---|
De minister van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) |
Bevoegd gezag |
---|
Rijkswaterstaat (RWS - Ministerie van IenW) |
De minister van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) |
De minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO) |
De minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN) |
De minister van Klimaat en Groene Groei (KGG) |
Overige gegevens
Gebied: Landelijk
Categorieƫn Bijlage V Omgevingsbesluit
Code | Omschrijving |
---|---|
007.1 | Plan-MER vanwege kaderstelling |
007.2 | Plan-MER vanwege passende beoordeling |
B2 | Winning van mineralen door afbaggering van de zee-, meer- of rivierbodem |
C16.2 | 2018: winning, wijziging of uitbreiding van de winning van oppervlaktedelfstoffen op de Noordzee (territoriale zee en continentaal plat) muv 16.4 als winplaats(en) (gezamenlijk) >=500 ha of >=10.000.000 m3 |
C2 | Windparken |
D22.2 | 2018: oprichting, wijziging of uitbreiding van een windturbinepark indien gezamenlijk vermogen van >= 15 megawatt (elektrisch), of 10 windturbines of meer |
Bijgewerkt op: 22 jul 2025