2826. Regioplan Windenergie Zuidelijk en Oostelijk Flevoland

In de landelijk Structuurvisie Wind op Land is aangegeven dat de provincie Flevoland in 2020 tenminste 1390 MW aan windenergie moet produceren. De provincie wil aan deze taakstelling voldoen door 597 bestaande windturbines in Zuidelijk en Oostelijk Flevoland te saneren en te vervangen door 300 windturbines met een hogere opwekkingscapaciteit. In totaal zal daardoor circa 750 MW aan energie worden geproduceerd naast de te handhaven windparken met een capaciteit van 637 MW.

Procedure en adviezen

Reikwijdte en detailniveau
23-07-2013 Adviesaanvraag bij de Commissie m.e.r.
04-09-2013 Aankondiging start procedure
05-09-2013 Ter inzage legging van de informatie over het voornemen
17-09-2013 Advies reikwijdte en detailniveau uitgebracht
Advies reikwijdte en detailniveau
Toetsing
09-09-2015 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie m.e.r.
21-10-2015 Ter inzage legging MER
21-12-2015 Voorlopig advies uitgebracht
Voorlopig toetsingsadvies
Persbericht
Toetsing aanvulling op het MER
29-03-2016 Advies uitgebracht
Toetsingsadvies
Persbericht

Opmerkingen bij de advisering

Toetsingsadvies over de aanvulling op het milieueffectrapport
Het aangepaste rapport laat onder meer zien dat de risico’s voor beschermde vleermuis- en vogelsoorten (aanvaringsslachtoffers) binnen Flevoland verschillen. Langs de rand van Flevoland zijn deze groot tot zeer groot (bijvoorbeeld bij de IJsselmeerdijk), in het midden klein. Gezien de risico’s voor natuur zullen mogelijk maatregelen nodig zijn, zoals het tijdelijk stilzetten van turbines of de turbines anders verdelen over Flevoland. Het rapport geeft aan dat dit later onderzocht wordt en laat ook zien dat hiervoor de benodigde speelruimte is.


Toetsingsadvies
Het milieueffectrapport laat zien dat Flevoland grote mogelijkheden heeft voor windenergie. Uit het onderzoek blijkt dat een forse toename van de capaciteit mogelijk is. Het rapport beschrijft drie zinvolle alternatieven (landschap, natuur en energieopbrengst). In deze alternatieven zijn de plaatsingszones voor windturbines op een andere manier over Flevoland verdeeld.
De Commissie vond het rapport nog onduidelijk over de risico’s voor beschermde vleermuis- en vogelsoorten (aanvaringsslachtoffers) en of deze te voorkomen zijn. Inzicht hierin is extra belangrijk bij ‘dubbeldraaien’. Dit is de situatie dat ‘oude’ te vervangen turbines en nieuwe turbines naast elkaar draaien. De provincie heeft het rapport daarom laten aanpassen.
De provincie heeft de Commissie ook gevraagd het aangepaste rapport te toetsen.


Advies reikwijdte en detailniveau
De Commissie adviseert de volgende punten te beschrijven in het milieueffectrapport:

  • Een onderbouwing van de trechtering naar de alternatieven die in het rapport worden onderzocht met specifieke aandacht voor de landschappelijke inpassing.
  • De gevolgen van het voornemen/ alternatieven voor landschap, natuur en leefomgeving (geluid, slagschaduw en externe veiligheid).

Betrokken partijen

Samenstelling van de laatste werkgroep

ir. Peter van der Boom, MA
drs. Sjef Jansen
ing. Caspar Slijpen
drs. Gerrit de Zoeten

Voorzitter: drs. Marieke van Rhijn
Werkgroepsecretaris: drs. Sjoerd Harkema

Initiatiefnemer en Bevoegd gezag

Initiatiefnemer
Provincie Flevoland

Bevoegd gezag
Provincie Flevoland

Overige gegevens

Gebied: Nederland, provincie Flevoland


Categorieën Besluit m.e.r.

Code Omschrijving
D22.2 2011: windturbinepark

Bijgewerkt op: 01 apr 2016