2063

Aardgastransportleiding Odiliapeel-Schinnen

N.V. Nederlandse Gasunie heeft het voornemen om tussen Odiliapeel en Schinnen een aardgastransportleiding aan te leggen en enkele al bestaande afsluiterlocaties uit te  breiden.

Hoofdpunten uit het advies

Richtlijnenadvies

De Commissie beschouwt de volgende punten als essentiële informatie in het milieueffectrapport. Dat wil zeggen dat het MER onvoldoende basis biedt voor het meewegen van het milieubelang in de besluitvorming, als de volgende informatie ontbreekt:

  • Een onderbouwing van de keuze van het voorkeurstracé en de plaats van de uitbreidingen van de bestaande afsluiterlocaties en eventuele nieuwe locaties, en de uitvoering daarvan, met specifiek aandacht voor milieugerelateerde argumenten.  
  • Een adequate gebiedsbeschrijving en effectbeschrijving op regionaal en lokaal niveau voor de doorkruisingen van beschermde gebieden  en cultuurhistorische (waaronder archeologische) waarden.
  • Een beschrijving van de effecten van de verschillende alternatieven op de veiligheid van mensen (plaatsgebonden risico en groepsrisico). De risicoschattingen dienen gemaakt te worden zoals wettelijk is voorgeschreven. 
  • Een adequate uitwerking en vergelijking van de verschillende alternatieven (inclusief het meest milieuvriendelijke alternatief).  
  • Een heldere samenvatting die zelfstandig leesbaar is en een goede afspiegeling is van de inhoud van het MER.

Toetsing MER

De Commissie is van mening  dat in het MER en de aanvulling tezamen de essentiële informatie aanwezig is om het milieubelang een volwaardige rol te geven bij de besluitvorming over de bestemmingsplannen en vergunningen.

Voor het tracé Odiliapeel-Schinnen zijn twee verschillende tracéalternatieven onderzocht, een oosttracé en een westtracé. Beide tracés kennen verschillende milieuvoor- en nadelen. Aangezien het westtracé vanwege het lagere aantal en de geringere lengte van doorsnijdingen van waardevolle gebieden duidelijke voordelen biedt ten opzichte van het oosttracé zijn in het MER de mogelijkheden voor de passage van de Maas verder onderzocht. Hierbij zijn zowel technische als ruimtelijke mogelijkheden beschouwd. De Commissie acht met de uitwerking in het MER en de aanvulling daarop voldoende aannemelijk gemaakt dat er binnen het westtracé geen technisch haalbare mogelijkheden bestaan voor de passage van de Maas die milieuvoordelen bieden ten opzichte van het oosttracé.

Samenstelling van de laatste werkgroep

ir. Mijntje Pikaar

dr. Nico de Vries

prof. ir. van der Vuurst de Vries

voorzitter

dr. Dick Tommel

werkgroepsecretaris

drs. Florentine van der Wind

Projectinformatie

Bevoegd gezag

Gemeente Sint Anthonis, Gemeente Venray, Gemeente Sevenum, Gemeente Roerdalen, Gemeente Venlo, Gemeente Beesel, Gemeente Roermond, Gemeente Meerlo-Wanssum, Gemeente Echt-Susteren, Gemeente Sittard-Geleen, Gemeente Schinnen, Provincie Noord-Brabant, Provincie Limburg, Rijkswaterstaat, Bureau energieprojecten, Gemeente Peel en Maas

Initiatiefnemer

N.V. Nederlandse Gasunie

Laatste advies uitgebracht op

15 september 2009