1936. Aardgastransportleidingen Midwolda-Meeden/Ommen

N.V. Nederlandse Gasunie heeft het voornemen om tussen Midwolda en Ommen twee aardgastransportleidingen aan te leggen in combinatie met uitbreiding van enkele al bestaande afsluiterlocaties dan wel met nieuwe locaties. Het betreft leidingen met ieder een lengte van ca 102 km met een doorsnede van 48 inch (120 cm.) en een maximale gasdruk van 79,9 bar. De bestemmingsplannen van de gemeenten op het gekozen tracé voor deze aardgasleidingen dienen hiervoor herzien te worden. Ook zijn er vergunningen nodig in het kader van de Wet beheer rijkswaterstaatswerken (Wbr) en de Grondwaterwet (Gww). Ter onderbouwing van de bestemmingsplanherzieningen en de aanvragen van bovengenoemde vergunningen wordt een milieueffectrapport opgesteld.

Procedure en adviezen

Richtlijnen
01-06-2007 Adviesaanvraag
10-07-2007 Datum kennisgeving
10-07-2007 Ter inzage legging van de informatie
05-09-2007 Advies uitgebracht
Advies voor richtlijnen
Toetsing
01-02-2008 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie m.e.r.
14-02-2008 Kennisgeving MER
14-02-2008 Ter inzage legging MER
28-04-2008 Toetsingsadvies uitgebracht
Toetsingsadvies

Opmerkingen bij de advisering

De Commissie beschouwt de volgende punten als essentiële informatie in het milieueffectrapport:

  • Een onderbouwing van de keuze van het voorkeurstracé en de plaats van de uitbreidingen van de bestaande afsluiterlocaties en eventuele nieuwe locaties, en de uitvoering daarvan, met specifiek aandacht voor milieugerelateerde argumenten.
  • Een adequate gebiedsbeschrijving en (ecologische) effectbeschrijving voor beschermde gebieden, waaronder EHS-gebieden, aardkundige en landschappelijke waardevolle doorkruisingen.
  • Een beschrijving van de effecten van de verschillende alternatieven op de veiligheid van mensen (plaatsgebonden risico en groepsrisico). De risicoschattingen dienen gemaakt te worden zoals wettelijk is voorgeschreven.
  • Een heldere samenvatting die zelfstandig leesbaar is en een goede afspiegeling is van de inhoud van het MER.

Tijdens de toetsing heeft een gesprek plaatsgevonden tussen de Commissie, het bevoegd gezag en de initiatiefnemer. Daar heeft de Commissie kenbaar gemaakt dat het MER naar haar oordeel op een aantal onderdelen onvolledig is.
Naar aanleiding hiervan heeft de initiatiefnemer in een drietal documenten (verder ‘de aanvulling’) informatie aangeleverd over: 

  • het meest milieuvriendelijke alternatief;
  • de effecten van de doorsnijding van de Ecologische Hoofdstructuur.

De Commissie is van oordeel dat met het MER en de aanvulling daarop de essentiële informatie aanwezig is om bij de besluitvorming het milieubelang een volwaardige plaats te kunnen geven.

De milieueffecten en afwegingen op regionaal niveau zijn goed in kaart gebracht maar bleven in eerste instantie op lokaal niveau onderbelicht. In de aanvulling zijn de lokale effecten verder uitgewerkt en voldoende inzichtelijk gemaakt.


 

Betrokken partijen

Samenstelling van de laatste werkgroep

drs. Wilfried Hessing
dr. ir. Alain Kooiman
ir. Mijntje Pikaar
dr. Nico de Vries
prof. ir. van der Vuurst de Vries

Voorzitter: dr. Dick Tommel
Werkgroepsecretaris: drs. Florentine van der Wind

Initiatiefnemer en Bevoegd gezag

Initiatiefnemer
N.V. Nederlandse Gasunie

Bevoegd gezag
Gemeente Aa en Hunze
Gemeente Borger-Odoorn
Gemeente Coevorden
Gemeente Hardenberg
Gemeente Hoogeveen
Gemeente Midden-Drenthe
Gemeente Ommen
Gemeente Stadskanaal
Gemeente Veendam
Waterschap Groot Salland
Waterschap Velt en Vecht
Waterschap Hunze en Aa's
Waterschap Reest en Wieden
Rijkswaterstaat
Bureau energieprojecten

Overige gegevens

Gebied: Nederland, provincie Groningen; Nederland, provincie Overijssel


Categorieën Besluit m.e.r.

Code Omschrijving
008 Plan-m.e.r. en besluit-m.e.r. (oud, niet meer invullen)
C08.0 tot 1-4-2011: Buisleiding voor gas, olie of chemicaliën (>=800mm >=40 km)
D15.1 tot 1-4-2011: Bronbemaling bij bouwputten, bodemsanering en proefwinningen, >= 3 miljoen m3 per jaar

Bijgewerkt op: 10 jul 2018