538

Dubbel EOT De Haar, luchtmobiele Brigade

Defensie is van plan om op basis van het Structuurschema Militaire Terreinen een oefenterrein van ongeveer 450 ha in te richten, te gebruiken en te beheren in het gebied De Haar op het grondgebied van de gemeenten Assen en Beilen. Het oefenterrein zal gebruikt gaan worden door een eenheid van de Luchtmobiele Brigade. Het oefenterrein zal ook gebruikt worden als ‘overig oefenterrein’. 

De m.e.r.-procedure is aanvankelijk gestart voor het inrichtingsplan van het voorgenomen EOT De Haar, ter grootte van ongeveer 250 ha. Vervolgens is besloten tot de aanleg van een dubbel EOT in het gebied De Haar/Laaghalerveen ter grootte van 450 ha.

In 1992 is in de Prioriteitennota van het ministerie van Defensie een wijziging van het gebruik van het oefenterrein bepaald, namelijk als oefenterrein voor een bataljon van de Luchtmobiele Brigade. Het gewijzigde voornemen houdt in een gewijzigd gebruik en inrichting van het terrein, waardoor andere milieueffecten optreden1.

 

1De samenstelling van de werkgroep, alsmede het projectnummer, is om die reden gewijzigd. 

 

Hoofdpunten uit het advies

Bij de toetsing was de Commissie van oordeel dat het MER voldoende informatie bevatte voor de verdere besluitvorming. In haar advies gaf de Commissie aanbevelingen met betrekking tot onder meer de geluidbelasting door helikoptergebruik (stimuleren van onderzoek naar belevingseffecten van helikoptergeluid) en het afstemmen van cultuurtechnische maatregelen op de (geo)hydrologische gesteldheid van het gebied om het risico van ongewenste grond wa terstandveranderingen te verkleinen. 

Daarnaast vestigde de Commissie de aandacht op onjuistheden in het MER in de beschrijving van de geohydrologie en een daarmee samenhangend restant van een historisch bevloei ingssysteem. Door de inbreng van een van de werkgroepleden (drs. G.J. Baaijens) werd in het advies een nieuw inzicht en hypothese gepresenteerd over het geohydrologische systeem. Geadviseerd werd om het uiteindelijke plan beter te laten aansluiten op de geohydrologische situatie van het gebied.

Voor het ministerie van Defensie vormde het toetsingsadvies op dit onderdeel aanleiding om aanvullend onderzoek te laten uitvoeren door het Informatie- en Kenniscentrum Natuurbeheer te Wageningen (IKC). Dit resulteerde in een rapport Systeemanalyse van toekomstig militair oefenterrein De Haar, studie naar waterhuishouding, bodem en vegetatie (maart 1997). In deze studie wordt de hypothese van de Commissie bevestigd.

Bij het besluit over de vaststelling van het Inrichtingsplan werd geen evaluatieprogramma vastgesteld. Wel geeft het besluit aan dat binnen vijf jaar na realisatie van de inrichting van het oefenterrein een evaluatie zal worden uitgevoerd naar de gevolgen voor het milieu.

 

Samenstelling van de laatste werkgroep

drs. Gert Jan Baaijens

kol. bd. Hagen

dr. Marjan van Herwijnen

Nip

ir. Oosting

voorzitter

dr. Jacques de Smidt

werkgroepsecretaris

drs. Alfons Vernooij

Projectinformatie

Bevoegd gezag

Ministerie van Defensie

Initiatiefnemer

Ministerie van Defensie

Laatste advies uitgebracht op

15 november 1995