Het kabinet heeft het voornemen een Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte op te stellen. Dat hangt samen met de nieuwe accenten die het kabinet wil leggen en met veranderende omstandigheden, zoals het gewenste economische herstel, een meer gedifferentieerde demografische ontwikkeling en de ruimtelijke implicaties van klimaatverandering.
De Structuurvisie is bindend voor het rijk en bevat beleids- en afwegingskaders voor decentrale plannen op het gebied van ruimte en infrastructuur.
Ter onderbouwing van de besluitvorming wordt de procedure van milieueffectrapportage doorlopen.
Hoofdpunten uit het advies
Richtlijnen
De Commissie adviseert het MER bij de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte in te zetten:
Indien significante effecten op Natura 2000-gebieden niet kunnen worden uitgesloten, is een Passende beoordeling een verplicht onderdeel van het MER.
Toetsing
Het MER voor de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte geeft een goed beeld van de risico’s voor de kwaliteit van het leefklimaat als gevolg van het beleid in de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte. Minder duidelijk wordt hoe de voorgenomen maatregelen ter verbetering van het economische vestigingsklimaat te combineren zijn met andere rijksdoelen: zoals het juist verbeteren van leefklimaat in de Randstad en het voldoen aan internationale verplichtingen rond biodiversiteit, klimaat en luchtkwaliteit. Ook vragen de concrete uitwerkingen van de structuurvisie en het recent gepubliceerde Besluit algemene regels ruimtelijke Ordening (Barro) om meer onderbouwing. De Commissie m.e.r. adviseert de Minister van Infrastructuur en Milieu aanvullende informatie te geven voordat zij de Structuurvisie vaststelt.