Shell Nederland Chemie is voornemens een fabriek op te richten voor de productie van 31 ton/h propeenoxide en 70 ton/h styreenmonomeer (MSPO/2-fabriek) en mogelijk ook een installatie voor de verwerking van daarbij vrijkomend basisch waswater. De locatie is industrieterrein Moerdijk.
Hoofdpunten uit het advies
Ten tijde van het opstellen van het advies voor richtlijnen was nog niet bekend of Shell zelf een installatie voor de verwerking van het vrijkomende basisch waswater zou oprichten of de verwerking zou uitbesteden. Verwerken van dit waswater houdt in concentreren van het waswater en vervolgens verbranden van het concentraat. Indien verwerking wordt uitbesteed zal daarvoor een aparte m.e.r.-procedure gestart worden. In het advies voor richtlijnen (en in de vastgestelde richtlijnen) is rekening gehouden met de verwerking van het basisch waswater door Shell. Hoewel ook in het MER is uitgegaan van de mogelijkheid dat Shell het waswater zelf zal verwerken, was ook ten tijde van de toetsing van het MER nog niet duidelijk of dit daadwerkelijk zou gebeuren. De Commissie constateerde bij de toetsing dat het MER voldoende informatie biedt om het milieubelang een volwaardige rol te laten spelen bij het besluit over de vergunningverlening voor de MSPO/2-fabriek. Overeengekomen is dat jaarlijks een milieuverslag wordt uitgebracht. Monitoring en evaluatie worden uitgevoerd conform meetplannen, te beginnen in het jaar 2000. Te monitoren aspecten zijn lucht, water en bodem, geluid, energie, grondstoffen, afval, mobiliteit en veiligheid.