De ministeries van Defensie en van Infrastructuur en Milieu willen een gefaseerde uitbreiding van de commerciële burgerluchtvaart op de luchthaven Eindhoven mogelijk maken. Zij hebben daarvoor een ontwerp-luchthavenbesluit opgesteld. Dat besluit legt niet alleen het gebruik voor militair en burgerluchtverkeer vast maar ook de geluidszone en beperkingen aan het grondgebruik in de omgeving van de luchthaven.
Hoofdpunten uit het advies
Toetsingsadvies
In een aanvulling op het MER zijn extra berekeningen van de geluidhinder gepresenteerd, uitgedrukt in Lden, de voor burgerluchtvaart gangbare geluidmaat. Deze berekeningen laten zien dat het aantal mensen dat ernstige geluidhinder ervaart en het gebied waar geluidhinder gaat optreden, veel groter zijn dan wat in het MER is berekend met de geluidmaat die voor militaire luchtvaart is voorgeschreven, de Ke.
De vliegroutes zijn geoptimaliseerd op basis van Ke-berekeningen en niet met Lden-berekeningen. De Commissie sluit niet uit dat optimalisatie op basis van Lden-berekeningen leidt tot een andere afweging van vliegroutes. De Commissie heeft de minister van Defensie geadviseerd om dit onderzoek uit te voeren voor zij een besluit neemt.
Advies Reikwijdte en detailniveau
In haar advies vraagt de Commissie om in het MER de afwegingen te beschrijven die hebben geleid tot het voornemen om de militaire activiteiten te verminderen en 25.000 extra burgervliegbewegingen te faciliteren op de luchthaven Eindhoven. Daarbij moet ook aandacht worden besteed aan de afwegingen op het punt van leefomgevingskwaliteit en natuur. Verder moet het MER de keuze van de varianten in de routestructuur en de gevolgen van de varianten voor de leefomgevingskwaliteit en de natuur beschrijven. Tenslotte moet het MER inzicht bieden in effectbeperkende maatregelen en in hun betekenis voor het mogelijk maken van het voornemen.