3152

Gaswinning bij Ternaard

De NAM wil naar aardgas boren bij Ternaard, in Friesland. Voor de gasboring, gaswinning en de aanleg van een transportleiding is een winningsplan en een inpassingsplan opgesteld en zijn vergunningen nodig. Voordat de minister van Economische Zaken en Klimaat een besluit neemt over deze vergunningen, zijn de milieugevolgen onderzocht in een milieueffectrapport. De Commissie heeft op verzoek van de minister de inhoud van het milieueffectrapport beoordeeld.

Hoofdpunten uit het advies

Toetsingsadvies
De Commissie signaleert dat op een aantal punten essentiële informatie in het milieueffectrapport ontbreekt. Er is meer informatie nodig over de effecten op onder meer diepe bodemdaling, de kleine kweldergebieden ’t Skoar en de kwelder bij Wierum, de natuur en broedvogels. Ook stikstofdepositie en de effecten op archeologische waarden zijn nog onvoldoende in beeld, net als de effecten op de bodem bij aanleg van de transportleiding.
Tot slot is onvoldoende aannemelijk gemaakt dat monitoringresultaten van grotere gaswinningsgebieden een-op-een vertaald kunnen worden voor het kleinere gasveld bij Ternaard.
De gaswinning bij Ternaard ligt onder een vergrootglas in het bestuurlijk/politieke en maatschappelijke debat. De Commissie vindt het daarom belangrijk te benadrukken dat zij als onafhankelijke partij geen oordeel uitspreekt over wel of geen gaswinning bij Ternaard, over dit project in relatie tot bijvoorbeeld energietransitie of überhaupt over de (on)wenselijkheid van gaswinning.

De Commissie geeft de minister in overweging om een aanvulling op te stellen, waarover de Commissie op verzoek ook kan adviseren.


Advies reikwijdte en detailniveau
Het rapport moet laten zien hoe het deel van de Waddenzee boven het gasveld zich in de voorbije jaren heeft ontwikkeld. Niet alleen veranderingen in de natuur zijn daarbij belangrijk, maar ook veranderingen in de hoogte en de samenstelling van het wadplaten.
Verder moet worden onderzocht in welke mate de ondergrond zal dalen als er meer of minder gas wordt gewonnen en of dit bijvoorbeeld kan leiden tot aardbevingen, tot schade aan de natuur of tot problemen met het waterbeheer op het land.
De effecten moeten worden gemonitord, zodat kan worden ingegrepen als dat nodig is. Dat gebeurt nu al bij de bestaande winningen onder de Waddenzee. Het rapport moet de aanpassingen van het bestaande meetprogramma beschrijven en hoe het zal worden gecontroleerd.

Samenstelling van de laatste werkgroep

dr. Henk Everts

dr. Robert Hack

prof. dr. Piet Hoekstra

dr. Heleen van Londen

prof. dr. ir. Alfred Stein

drs. Kees Vertegaal

voorzitter

ir. Kees Slingerland

werkgroepsecretaris

ir. Ineke Steinhauer

Projectinformatie

Bevoegd gezag

Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

Initiatiefnemer

Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM)

Laatste advies uitgebracht op

6 december 2021