1819

Plan-MER Regionaal Structuurplan/Regionale Nota Mobiliteit Haaglanden

Het RSP en de RNM bevatten een bestuurlijke visie op de ontwikkeling van het stadsgewest. De uitwerking naar visies en plannen op lokaal niveau vindt plaats via gebiedsvisies, masterplannen en dergelijke. Het plan bevat strategische keuzes voor verkeer en vervoer, woningbouw, economie, groen, waterbeheer, energievoorziening en voor een selectie van transformatiegebieden.

Hoofdpunten uit het advies

De Commissie is van mening dat het regionale niveau een goed niveau is om voornemens en besluiten op het gebied van de ruimtelijke ordening – onderbouwd met een goede beschrijving van mogelijke milieu- en natuureffecten – af te wegen en vast te leggen. Zij adviseert om het MER vooral te richten op de strategische ruimtelijke keuzes van een integraal karakter die gemeentegrens overstijgende implicaties hebben.

In mei 2007 heeft Haaglanden de Commissie ook gevraagd te adviseren over de reikwijdte en het detailniveau van een plan-MER bij de Nota mobiliteit. Omdat de Commissie in het advies over de Regionale structuurplan al voldoende met mobiliteitsaspecten rekening had gehouden, heeft zij naar dit advies verwezen.

Bij toetsing van het plan-MER heeft de Commissie geconstateerd dat de strategische keuzes in het RSP vanuit milieu-optiek voldoende worden onderbouwd. Echter een finale inschatting van de (milieu)risico’s van de sectorale keuzes en de transformatiezones is op basis van het MER niet mogelijk.

Dit betekent dat bij uitwerking van de transformatiezones in masterplannen en/of bestemmingsplannen een milieu- en natuurtoets in een later stadium moet uitwijzen of deze plannen op de aangewezen locaties kunnen worden uitgevoerd. Wanneer er dan op lokaal niveau knelpunten optreden zullen de gemaakte keuzes moeten worden teruggelegd op regionaal niveau en feitelijk moeten leiden tot aanpassing van het RSP.

De Commissie concludeert:

  • dat de voorgenomen keuzes niet definitief kunnen zijn en;
  • dat bij de uitwerking van de transformatiegebieden op lokaal niveau zal moeten blijken of deze daadwerkelijk passen binnen de (milieu-)randvoorwaarden.

In het toetsingsadvies gaat de Commissie in op een aantal (belangrijke) punten die het oordeel onderbouwen. Er wordt ingegaan op de consequenties voor de vervolgbesluiten.


 

 

Samenstelling van de laatste werkgroep

dr. ir. Jan Hoeks

drs. Reinoud Kleijberg

prof. dr. Hans Mastop

drs. ing. Tjitte Prins

voorzitter

mr. Frans Evers

werkgroepsecretaris

drs. Roel Meeuwsen

Projectinformatie

Bevoegd gezag

Stadsgewest Haaglanden, Stadsgewest Haaglanden

Initiatiefnemer

Stadsgewest Haaglanden, Stadsgewest Haaglanden

Laatste advies uitgebracht op

15 februari 2008