1479. Aanleg open put(ten) Noordzeekanaal
Rijkswaterstaat Noord-Holland is voornemens om één of meerdere open putten in het Noordzeekanaal te realiseren om de bij het onderhoudswerk in het kanaal vrijkomende klasse 2 en 3 baggerspecie te kunnen bergen. Het volume van de open put(ten) is gesteld op circa 3,1 miljoen m3. Na berging van de naar verwachting 2,5 miljoen m3 onderhoudsspecie uit het Noordzeekanaal, resteert dan 0,6 miljoen m3 voor baggerspecie uit andere wateren in de provincie.
Procedure en adviezen
Richtlijnen |
---|
04-11-2004 Datum kennisgeving |
04-11-2004 Ter inzage legging van de informatie |
17-01-2005 Advies uitgebracht |
Richtlijnen |
Opmerkingen bij de advisering
De Commissie heeft de volgende punten als essentiële informatie voor het milieueffectrapport aangemerkt. Het MER moet een onderbouwde afweging bevatten van de alle relevante oplossingsrichtingen. Het gaat hier om zowel de in de startnotitie voorgestelde locatie- en inrichtingsalternatieven voor storten in open putten in het Noordzeekanaal als om de mogelijkheden voor andere (deel)oplossingen zoals intensief of extensief verwerken en storten elders (in gesloten putten). Voor de beschrijving van de milieugevolgen kan het MER zich toespitsen op de gevolgen voor water, bodem, ecologie en veiligheid.
Bij brief van 26 oktober 2005 is de m.e.r.-procedure stilgelegd. De baggerwerkzaamheden worden dusdanig aangepast dat er geen m.e.r. hoeft te worden doorlopen.
Betrokken partijen
Samenstelling van de laatste werkgroep
ir. Wil van Duijvenbooden |
dr. Henk Everts |
ir. Johan van der Gun |
Voorzitter: mr. Frans Evers
Werkgroepsecretaris: drs. Bauk Rademaker
Initiatiefnemer en Bevoegd gezag
Initiatiefnemer |
---|
Rijkswaterstaat |
Bevoegd gezag |
---|
gemeente Amsterdam |
Noord-Holland |
Overige gegevens
Gebied: Nederland, provincie Noord-Holland
Categorieën Besluit m.e.r.
Code | Omschrijving |
---|---|
C18.3 | tot 1-4-2011: Stort baggerspecie >= 500.000m3, klasse >= 3 |
Bijgewerkt op: 23 nov 2018