ECLI:NL:RVS:2018:1179
Betreft | Bestemmingsplan uitbreiding camping Zeeburg, Amsterdam |
---|---|
Datum uitspraak | 11-04-2018 |
Rechtsprekende instantie | Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State |
Proceduresoort | Eerste aanleg - meervoudig |
Trefwoorden | Amsterdam, recreatievoorzieningen, m.e.r.-beoordeling, m.e.r.-richtlijn, bijlage III, actualiteit |
Bronnen vindplaats | Zaaknummer 201704492/1/R1 |
Conclusies voor de m.e.r. praktijk
- Van een eerdere vormvrije m.e.r.-beoordeling kan gebruik worden gemaakt als deze nog actueel is.
Casus
Op 16 maart 2017 heeft de raad van de gemeente Amsterdam het bestemmingsplan Uitbreiding Camping Zeeburg-herstel vastgesteld. Het plan voorziet in de uitbreiding van de camping door het aanplempen van land en de realisatie van een eiland. Het eerdere besluit hierover was vernietigd door de Afdeling bij uitspraak van 21 september 2016 (ECLI:NL:RVS:2016:2508), omdat de gronden gedeeltelijk waren bestemd als ‘recreatie-verblijfsrecreatie’ wat in strijd is met de provinciale aanwijzing als ecologische verbindingszone (EVZ).
Appellanten zijn van mening dat de EVZ nog steeds gevaar loopt door de uitbreiding van de camping. Daarnaast is volgens hen ten onrechte geen milieueffectrapport opgesteld en heeft de raad zich ten onrechte gebaseerd op de vormvrije m.e.r.-beoordeling bij het vernietigde besluit over het bestemmingsplan voor de camping. Zij wijzen er op dat de EVZ na de vaststelling van dat plan verlegd is.
Overwegingen van de bestuursrechter
De Afdeling constateert dat de drempelwaarde van categorie D10 van de bijlage bij het Besluit m.e.r. niet overschreden wordt. De raad moet evenwel aan de hand van de selectiecriteria van bijlage III van de M.e.r.-richtlijn beoordelen of aanzienlijke milieugevolgen te verwachten zijn. In de plantoelichting verwijst de raad naar de vormvrije m.e.r.-beoordeling bij het vernietigde bestemmingsplan over de uitbreiding van de camping. Volgens de toelichting is deze nog actueel. Naar het oordeel van de Afdeling is de EVZ weliswaar verlegd, maar is geen sprake van belangrijke aantasting van de waarden van de EVZ door de uitbreiding van de camping. De veranderingen zijn daarom niet dusdanig, dat niet van de conclusie in de eerdere vormvrije m.e.r.-beoordeling mag worden uitgegaan.
Uitspraak
De Afdeling verklaart het beroep ongegrond.