ECLI:NL:RVS:2003:AF6738

Betreft Nationaal Hunebedden Informatiecentrum te Borger
Datum uitspraak 02-04-2003
Rechtsprekende instantie  Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Proceduresoort Eerste aanleg - meervoudig
Trefwoorden recreatie, Borger-Odoorn, milieueffectrapportage-plicht (MER-plicht)
Bronnen vindplaats

Zaaknummer 200201189/1
JM 2003, 75 met noot Pieters

Conclusies voor de m.e.r. praktijk

Ook een activiteit zoals een Nationaal Hunebedden Informatiecentrum valt aan te merken als een toeristisch recreatieve voorziening. Indien haalbaarheidsstudies en ervaringscijfers overtuigend aantonen dat beneden de m.e.r.-(beoordelings)plicht drempel gebleven zal worden, is m.e.r. helemaal niet in beeld. Het oordeel van de Afdeling kan mede worden ingegeven door het feit dat er geen onderbouwing werd geleverd door de tegenpartij waarom er mogelijk wel boven de m.e.r.-(beoordelings)drempel uitgekomen kan worden.

Casus

Het bestemmingsplan “Nationaal Hunebedden Informatiecentrum” voorziet ondermeer in de nieuwbouw van het, nabij het grootste hunebed van Nederland gelegen, Nationaal Hunebedden Informatiecentrum (NHI) en de aanleg van een prehistorische tuin. Het college van Gedupteerde Staten van Drenthe wijst er op dat het aantal bezoekers aan het hunebed in de jaren 1996 – 1999 jaarlijks ongeveer 70.000 bedraagt, waarvan ongeveer 33.000 bezoekers ook een bezoek brengt aan het huidige NHI. In de haalbaarheidsstudie wordt uitgegaan van een gewenst bezoekersaantal van 75.000 voor het nieuwe NHI, waarbij op termijn een bezoekersaantal van 100.000 per jaar wordt verwacht. GS wijst er voorts op dat geen van de overige musea in Drenthe een bezoekersaantal van 250.000 heeft.

De Afdeling is van oordeel dat hetgeen het plan mogelijk maakt, is aan te merken als een recreatieve of toeristische voorziening als bedoeld in het Besluit m.e.r. 1994. Voor de vraag of bij de planvoorbereiding de milieueffectprocedure diende te worden gevolgd, moet worden bepaald wat redelijkerwijze het maximumaantal bezoekers in het kader van dat plan is dat kan worden verwacht. In casu valt het aantal ruim onder de drempelwaarde. Het beroep wordt op dit punt verworpen.